Eendjes Voeren...een kerstverhaal

Nee, een keer geen erotiek, maar een kerstverhaal.....

 

Eendjes Voeren

 

De oudere man scharrelde door zijn huisje, druk bezig met het opruimen voor de kerstdagen zouden beginnen. Sinds de dood van zijn vriend en

partner woonde hij er alleen. Hij kon zich prima redden, dat was het probleem niet.

Maar met het vorderen der jaren werd hij ook steeds eenzamer. Oude vrienden verwisselden het tijdelijke met het eeuwige, er kwamen

nieuwe buren en het ergste van alles: de kinderen uit zijn eerdere huwelijk had hij na de scheiding niet meer gezien. Ze hadden

hun vader afgeschreven. Onze vader een homo?, niet te geloven.

Maar hij was sterk: hij kwam zijn tijd prima door met zijn plantjes en met het werken in zijn tuintje. Ja, dat tuintje...dat was de trots

van zijn vriend en hij voelde zich verplicht het bij wijze van nagedachtenis goed te verzorgen en in stand te houden. Verder was

er altijd wel iets in huis te doen. Dus moest hij toegeven, dat de eenzaamheid hem niet zo opviel.

 

Behalve nu, met de kerstdagen voor de deur, nou ja, voor deur? Op deze 24e december waren ze zo ongeveer al wel binnen.

Dat waren elk jaar taaie dagen. Als hij geluk had zou er misschien iemand op bezoek komen. Die stoof dan binnen, dronk een kop

koffie en verdween na een uur weer, hem alleen achterlatend in het stille huis. Menig jaar had hij ook het gevoel dathet alleen uit

een soort morele plicht gedaan werd en hij betrapte zich dan vaak op de gedachte, dat ze dan net zo goed weg konden blijven.

Maar als elk jaar had hij toch geprobeerd het een beetje gezellig en aangenaam temaken. Hij had een kerstboompje gekocht en

wat versiering opgehangen en had voor zichzelf besloten er, ondanks alles, toch weer iets van te maken. Hoe moeilijk dat dan

ook was.

 

Na nog een dag van wat voorbereidingen voor het feest viel de avond. Opnieuw had hij niets vernomen van de kinderen, dus

het was duidelijk dat pa na al die jaren nog steeds in het verdomhoekje zat. Hij gaf de kanarie te eten, zette koffie en schakelde

de tv in. Daarna maakte hij zich het gemakkelijk. De tv had weinig nieuws te bieden: kerstliedjes, de jaarlijkse kerstdienst uit

een of andere kerk in het land....het vaste recept op kerstavond. Een tikje verveeld zette hij hem uit en schakelde de radio in.

Hij nam een boek en met een half oor naar de radio luisterend begon hij te lezen. Maar ook de radio bood weinig nieuws:

opnieuw kerstliedjes, de standaard toespraak van Koning en minister president....

“Jeeh,” sprak hij in zich zelf, “elk jaar dezelfde woorden in die toespraken.Ik denk dat ik oud word...ik ken ze onderhand wel.”

Tegen elven begon hij zich echt te vervelen. Het boek boeide hem niet Meer en alles wat de radio uitbraakte, werd “sfeervol”

ondersteund met typisch Amerikaans sledebel-gerammel, iets waar hij een bloedhekel aan had. Een beetje nadenkend keek hij

voor zich uit.

“En nu, maat? Naar bed gaan?” mompelde hij. Zijn gedachten gleden terug naar betere tijden, toen zin vriend er nog was.

Dan zaten ze samen gezellig rond  de kerstboom, praatten ze wat, dronken een borreltje. Hij schudde het hoofd.

“Nee, niet doen...niet terugdenken aan vroeger. Dat levert niks op. Ik moet van vanavond wat maken. Maar wat??”

 

Een ideetje kwam in hem op. Met een glimlachje stond hij op en liep naar de keuken. Hij pakte een plastic zak, rommelde wat

rond en stopte alle brood

dat hij kon vinden in de tas. Voor de volledigheid ging het kerstgebak er ook nog bij! Het was bij elkaar best veel...het werden

twee plastic zakken. Hij trok zijn jas aan, zette zijn muts op en gewapend met de zakken verliet hij het huis.

Het was snijdend koud buiten. Er waaide een gure wind, die hem deed rillen, ondanks de jas. Hij stapte in zijn autootje, startte het

en reed naar het

 tadsbos. Daar aangekomen haalde hij de tassen uit de auto en wandelde het donkere, stille bospad op. Zijn voeten kraakten z

waar in de bevroren sneeuw en opnieuw voelde hij de koude van de wind, die tussen de bomen door kwam stuiven. Na een

minuutje of tien wandelen kwam hij bij de bosvijver en zocht in het duister zijn favoriete bankje op. Nee, het was hun favoriete

bankje, van hem samen, van hem en zijn vriend. Hij zette de tassen op de grond en begon het brood er uit te halen.

“Kom jongens, tijd voor het kerstdiner” riep hij over de bevroren vijver.

Het duurde even, maar tientallen hongerige eenden stormden de kant op en verdrongen zich luid snaterend om hem heen, terwijl

hij het brood en het gebak op de grond uitstrooide. Een enkele andere vogel schoof ook aan aan het banket.

“Niemand maakt zich zorg over jullie vanavond en evenmin over mij, dus kunnen we in ieder geval elkaar gezelschap houden.”, zei

hij tot de klucht eenden. Al brood strooiend keek hij naar de hemel...in de inktzwarte duisternis schitterden de sterren in de vrieskou....een van hun was groot en schitterend.

“Kijk jongens, de kerstster, die boven Bethlehem staat....” fluisterde hij. De eenden hadden het iets te druk met het brood naar

binnen schrokken en konden zich niet bezighouden met een ster boven...hoe heet dat??

Hij keek met een tevreden glimlach naar de vogels tijdens hun feestelijke kerstdiner, hij had in ieder geval iemand gelukkig

gemaakt met kerst. Daarna gleed zijn blik weer naar de duistere hemel met zijn sterren. Het wird lichter...nee, het werd zelfs wel

erg licht....en hij hoorde gezang...hij kneep even in zijn arm om er zeker van te zijn dat hij wakker was...dit kon niet!!

Maar het kon, althans in zijn ogen: in het licht werden engelen zichtbaar die zongen, begeleid door zachte klinkende instrumenten...

mooie, hemelse wezens, die met stralend witte vleugels in de hemel rondvlogen...”In dulce jubilo”, “Vrede op aarde aan de mensen

 van goede wil”...het licht werd nog sterker...het aantal engelen nam toe...het werd zelfs een beetje angstaanjagend, maar

tegelijkertijd ook heel erg vredig en mooi. In het midden van al dat licht kwam een fel stralend helder schijnsel...zijn mond liet een

onvoorstelbaar gelukkige glimlach zien en met fonkelende ogen zei hij zacht:

“Hallo, lieve schat, kunnen we weer samen zijn?”

 

Het was niet de meest ideale manier om 1e kerstdag te beginnen. Hij was al om zeven uur klaarwakker en wat hij ook probeerde,

het lukte niet om weer in slaap te komen. Hij stond dus op en besloot bij het opkomen van het eerste licht dat hij net zo goed met

de hond naar het bos kon rijden en daar een wandeling kon gaan maken.

Dus liep hij in de vrieskou door het bos, de hond vrolijk rondrennend en springend over takken en omgevallen bomen.

“He, waar is hij nou?” vroeg hij zachtjes in zichzelf...hij keek om zich heen, geen hond te bekennen. Hij floot, floot nog eens...

er kwam geen reaktie.

“Benno, kom jongen...” riep hij...

Hij hoorde de hond blaffen..het was ergens bij de vijver.

“Nou, kom voor....” riep hij weer.

Opnieuw klonk er alleen een opgewonden geblaf, maar de hond liet zich niet zien, kommando of niet.. Ietwat geirriteerd haalde

hij de schouders op. Dan moest hij maar eens gaan kijken waar die doerak uithing. Hij liep in de richting van het geblaf en

kwam bij een bankje aan de vijver.

“Nou kom, jongen...niet.........” Wat was dat?

Op het bankje zat een oudere man, hij zei niks, hij bewoog niet. De hond stond voor hem opgewonden te blaffen, maar hij reageerde

op geen enkele manier. Verbijsterd keek hij naar het tafereel, de bewegingloze man op het bankje en zijn opgewonden blaffende

hond.

Hij kwam dichterbij met een angstig voorgevoel. Hij tikte de man licht op de schouder, maar er volgde geen enkele reaktie.

“Shit nee...”, mompelde hij, “dit kan niet waar zijn?”

Hij pakte zijn mobieltje en belde ietwat in paniek 112...

“Ik geloof dat er een dode man in het stadsbos zit, bij de vijver...op een bankje...” hakkelde hij.

Ondanks de afgelegen ligging van het bos waren de eerste agenten binnen vijf minuten ter plaatse.


Voor reakties sta ik altijd open.

En voor iedereen een heel gelukkig Kerstfeest en een prachtig nieuw jaar

 

2774 keer gelezen

Score: 8
(van aantal stemmen: 16)

Je moet eerst inloggen om te kunnen stemmen.